Ragout en pasteibakjes!

Altijd lekker op een gure herfstdag, een lekkere, verse ragout met zelfgemaakte pasteibakjes. Ik gebruikte het recept van Koken met Karin ter inspiratie. Wij aten het als hoofdgerecht met een beetje salade, heerlijk!

Ingrediënten (voorgerecht: 4 personen, hoofdgerecht: 2 personen)
300 gram kipfilet
150 gram champignons
1 prei
500 ml kippenbouillon
50 gram boter
50 gram bloem
bosje platte peterselie
scheutje slagroom
2 eierdooiers
8 plakjes bladerdeeg

Bereiding
Maak bouillon van een bouillonblokje (of maak zelf bouillon). Snijd de kipfilet in stukjes en laat garen (pocheren) in de net niet kokende bouillon. Snijd de champignons in plakjes en de prei in ringen en laat 1-2 minuten meegaren. Schep de kip, champignons en prei met een schuimspaan uit de bouillon. Smelt de boter in een andere pan maar laat niet bruin worden. Voeg de bloem toe en roer tot een papje (roux). Laat dit twee minuten garen. Haal de pan van het vuur, laat snel afkoelen en zet het in de koelkast om het goed koud te laten worden. Giet de warme bouillon in scheutjes bij de koude roux, goed kloppend met een garde tegen de klontjes. Zet de pan terug op het vuur en laat het in 10 minuten gaar worden, af en toe even roeren. Hak intussen de peterselie fijn en maak de pasteibakjes:

Gebruik hiervoor 2 plakjes bladerdeeg per bakje. Snijd uit 1 plakje een vierkantje in het midden. Leg deze apart. Leg het plakje bladerdeeg met met gat op het het andere plakje bladerdeeg, druk goed aan. Kerf het bladerdeeg nu met een mesje licht aan de binnenrand in. De bovenkant van het pasteibakje inkwasten met wat eigeel. Leg ongeveer 15 minuten in een voorverwarmde oven van 200 graden. Als je de bakjes uit de oven haalt kan je de bovenkant de bakjes eruit wippen.

Warm tegen het eind de kip, champignons en prei weer mee in de saus. Roer in een kopje één eierdooier met een scheutje room door de ragout. Breng op smaak met peper en de peterselie.

Eet smakelijk!